Het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (CCV) bestaat dit jaar twintig jaar. Om dit te vieren zijn we in gesprek gegaan met oprichter en oud-directeur Ida Haisma. Ondanks dat ze na zeven jaar het CCV heeft verlaten, is haar passie voor een veilige samenleving nog even groot.  

“Zeven jaar lang heb ik lekker kunnen bouwen, pionieren, samenwerkingsverbanden kunnen smeden en ook methodieken kunnen ontwerpen. We waren in het begin met een heel klein groepje. Adviseurs die waren parttime gedetacheerd vanuit andere organisaties die binnen het CCV een plek kregen, om zo ook hun belang in te brengen. Tegelijkertijd was het ook fijn om op die manier extra formatie te hebben”, vertelt Haisma over het begin van het CCV. Het was volgens haar erg leuk om de basis te leggen voor een hele nieuwe organisatie, zoals het personeelsbeleid, de bedrijfsvoering en het communicatiebeleid. “Er was natuurlijk niks. Zo’n eerste jaar is heel hard werken, heel veel uren investeren om draagvlak te krijgen.” 

Het belang van ambitie 

Op een gegeven moment ontwikkelde het kleine groepje zich en kwamen er steeds meer collega’s bij. Uiteindelijk stond er een fantastisch team dat goed samenwerkte. “Wat mij het meest is bijgebleven, is de wil van zowel het team als de stakeholders om echt bij te dragen aan criminaliteitspreventie en het vergroten van de veiligheid”, vertelt Haisma trots. “Echt die wil om criminaliteitscijfers naar beneden te krijgen en daar ook onderbouwing voor te hebben. Dat was kenmerkend in die tijd.” 

Het CCV had toen al een eigen blad: Secondant, dat nu nog steeds in online vorm bestaat. “De wetenschappelijke onderbouwing van de methodieken die we hadden ontwikkeld en de resultaten die we hebben gecreëerd, vond ik ook wel heel mooi.” Het blad was volgens de oud-directeur niet zomaar iets. Het was echt verankerd en gerespecteerd bij onderzoekers en werd ook gebruikt bij het ministerie van Justitie en Binnenlandse Zaken op de onderzoeksafdelingen. “Met de wetenschappelijk kant hebben we echt wel wat neergezet en gecreëerd op het thema criminaliteitspreventie en maatschappelijke veiligheid. Ik ben blij dat het blad nog bestaat, want het is nog steeds nodig.”  

De positie van het CCV 

Haisma vindt het belangrijke dat het CCV een rol pakt om te benadrukken bij politici en de maatschappij hoe belangrijk het voorkomen van criminaliteit is, door bijvoorbeeld  conferenties en webinars te organiseren waar kennis wordt gedeeld. “Ik zie het CCV nog weinig op het journaal of bij talkshows. Die wetenschappelijke onderbouwing en de kenniskant die het CCV heeft, zou je veel meer kunnen inzetten om het maatschappelijk en politiek debat op feiten en effecten te kunnen voeren”, zegt Haisma. Ze vindt dat daar nog wel een tandje bij kan. Ze stelt dat het CCV  eigenlijk hét instituut zou moeten zijn waar politici naar verwijzen als het gaat om hun redeneringen over effecten van maatregelen op de veiligheid.