Huurster is verantwoordelijk voor wat er in haar woning gebeurt
Laatst gewijzigd op: 11-02-2025ABRvS 20 november 2024, ECLI:NL:RVS:2024:4731

ABRvS 20 november 2024, ECLI:NL:RVS:2024:4731
De burgemeester van Utrecht sluit een sociale huurwoning voor de duur van drie maanden nadat de vriend van appellante is aangehouden wegens drugshandel. Na de aanhouding is de politie de woning van appellante binnengetreden, omdat de verdachte daar vaak verbleef. In de woning van appellante zijn 6,41 gram cocaïne aangetroffen in combinatie met verpakkingsmaterialen. Tijdens het onderzoek hebben buurtbewoners zich bij de politie gemeld en verklaard dat zij zich niet veilig voelen, omdat er gedeald wordt voor de woning. Daarnaast verklaarden zij in de nacht veel overlast te ervaren van ruzies, schreeuwende mensen en veel scooters.
Appellante voert aan dat haar geen verwijt kan worden gemaakt, omdat zij geen weet had van de aangetroffen drugs en niet betrokken is bij de activiteiten van haar vriend. De Afdeling oordeelt echter dat zij als huurder verantwoordelijk is voor wat zich in de woning afspeelt. Daarnaast heeft de burgemeester uit eerdere verklaringen kunnen afleiden dat appellante op de hoogte was van de activiteiten van haar vriend. Zo heeft zij eerder verklaard dat zij wist dat haar vriend met ‘foute gasten’ omging en dat die weleens aan de deur kwamen. Daarnaast heeft ze aangegeven op de hoogte te zijn van het criminele drugsverleden van haar vriend. Het betoog van appellante slaagt niet. De burgemeester heeft zich op het standpunt mogen stellen dat appellante meer maatregelen had moeten nemen om te voorkomen dat de woning voor drugshandel gebruikt zou worden.