Gebiedsverbod geen schending woonrecht of bewegingsvrijheid

Kenmerken

• Bedreiging
• Intimidatie
• Gebiedsverbod

Welke ordeverstoring vond plaats?

Er vond een schietincident plaats waarvoor een gebiedsverbod was opgelegd. Het ging hier om een verlenging van het gebiedsverbod. Volgens de politie bestond de dreiging voor verstoring van de openbare orde nog steeds. De betrokkenen verleende onvoldoende medewerking aan het politieonderzoek.

Welke maatregel legde de burgemeester op?

Een gebiedsverbod van één maand.

Wat besloot de rechter?

De rechter ging akkoord met het gebiedsverbod. Er was geen sprake van een schending van het woonrecht, omdat de betrokkene niet woonde op de plaats waar het gebiedsverbod van kracht was. Er was wel sprake van een inperking van het recht op bewegingsvrijheid, maar van strijdigheid met de beginselen van proportionaliteit en subsidiariteit was geen sprake.

Wat leert deze uitspraak ons?

Bij het opleggen van een gebiedsverbod dient de burgemeester altijd zorgvuldig af te wegen of het woonrecht of de bewegingsvrijheid te ernstig worden beperkt.

Meer informatie over deze zaak: ECLI:NL:RBNHO:2022:7878.